Dus ik begon makkelijk. Met 'Blauwe Maandag' van Nicci French. Oké, misschien geen grote literatuur, maar wel ideaal om je verlof mee te starten. Tegen het einde van het boek ging het lezen al wat sneller en het afleiden al wat trager. Klaar voor iets gevorderder. 'Huid en Haar' was weer op zijn Arnon Grunbergs. Raar. Hoewel toch niet zo raar als Tirza indertijd. En dan was het tijd voor 'Dieren Eten' van Jonathan Safran Foer. Ook raar. Niet het boek dan, wel om zoiets te lezen in West-Vlaanderen. Waar de porties vlees fenomenaal zijn. Ook bijzonder dat ik het boek van José heb gekregen in het Nederlands (hij weet goed dat ik in het Engels nog trager lees). Zou hij daar een reden voor hebben. Enfin, dat laatste boek beïnvloedt niet alleen de sfeer op vakantie ook veel van de gesprekken. Ons verlof is voorbij maar over het boek zijn we nog niet uitgepraat.
En omdat deze blog toch ook een beetje over hem gaat: meer-belezen José las 'Getekend' door Ludo Schildermans, 'Het Beagle dagboek' van Dirk Draulans, 'Economoshock' van Geert Noels, 'Voor wat hoort wat' van Patrick Janssens, Frank Vandenbroucke en Bea Cantillon , 'De begraafplaats van Praag' van Umberto Eco en zijn BlackBerry. Leuk is dat hij er ook over vertelde zodat ik toch ook mee was zonder mijn traagheid.
Voor de volledigheid: Warren hield het bij Floddertje en De Circusboot. En Reneetje las trouw elke avond bij 'Iedereen gaat 's avonds slapen, maar ik wil nog spelen roept Jos'.